Zaterdag 16 juni 2018 – De derde consumentenactie “Prik geen Palestijn aan de vork” vond vanochtend plaats bij de Albert Heijn XL op het zgn. Miro-terrein. Gelegen aan een grote parkeerplaats vond onze actie bij de ingang plaats op particulier terrein, maar vooraf was bij het Albert Heijn personeel toestemming gevraagd en verkregen.
Onder het massale winkelend publiek waren de reacties wisselend, waarbij de positieve reacties het meest uitbundig waren. Sommige mensen maakten hun tegengestelde mening kenbaar door een aangenomen pamflet demonstratief in de prullenbak te gooien, medestanders kwamen soms uit de winkel teruglopen om nog even te melden dat ze het een hele goede actie vonden. Onder hen ook iemand die duidelijk maakte al in de jaren ’70 voor Palestina actie gevoerd te hebben in Enschede en die blij was te merken dat het werk werd voortgezet.
Spannend maar uitermate relevant was het gesprek met iemand die het pamfletje wel aannam maar ook liet weten familie in Israël te hebben wonen. De oproep geen Israëlische aardappelen te kopen vond hij dan ook pijnlijk. Tijdens een langdurig, constructief gesprek bleken we het over heel veel punten eens te zijn en na elkaar de hand geschud te hebben liep hij de winkel in en zei: “Ik koop Nederlandse aardappelen”.
Na anderhalf uur geflyerd te hebben zonder onvertogen woord, kwam om vijf voor twaalf de assistent winkelmanager naar buiten. Er zou sprake zijn van een misverstand. Die toestemming tot flyeren naast de deur was bedoeld voor goede doelen. Niet voor politieke acties. Die konden we beter bij de Albert Heijn in het centrum doen, zo meende hij. Maar daar waren we twee weken geleden al geweest.
Na enige discussie waar de grens tussen goede doelen en politieke acties nu precies lag, hebben we toch maar besloten onze actie te beëindigen. Toen kwam de aap uit de mouw. We hadden onze hielen nog niet gelicht of twee uitgedoste dames kwamen onze plekken innemen voor een of andere commerciële actie. De organisator van die actie had al een uur lang chagrijnig naar ons zitten kijken en stond er nu met het vrolijkste gezicht ter wereld bij.
We hebben niet meer gekeken voor welk goed doel zij nu stonden te flyeren. Waarschijnlijk hadden we het veld ook moeten ruimen als we met een minder politiek getinte actie bij de deur hadden gestaan. De vrijheid van meningsuiting en het lot van de Palestijnen moesten het afleggen tegen een commerciële reclame-campagne!
Jan Schaake
16 juni 2018